TELEFOONINTERFACE
Type 1088, ADS systeem versie 2.5
Type 4300, 4+N systeem versie 2.5
REF.1088 |
ADS TELEFOONINTERFACE |
Controls the door electronically from the domestic telephone and diverts calls from the door to a mobile phone when you are not at home.
The new FERMAX Telephone Interface is the perfect complement for audio door entry system. Installed in the home it allows communication with the door and opening from any conventional fixed or mobile telephone in the home.
It also carries out telephone dialling functions so it is possible to divert calls from the door through the telephone lines to a programmed telephone number. Call diversion is carried out from the conventional telephone itself.
This application is very useful for private homes when the owner is out. It can also be used by caretakers in blocks or residential areas who can carry out their work with complete freedom of movement if they have a mobile phone to divert the calls from the outdoor panel.
From the living-room, from the garden, from the kitchen, from the hammock, from the garage.....
ADS Installations: 3 wires + coax |
Inhoudsopgave
1) Inleiding
2) Beschrijving van de interface
3) Mogelijke configuratie
a. Typische configuratie
b. Gemengde configuratie
c. Configuratie met de telefooninterface voor een telefooncentrale
d. Configuratie met de telefooninterface na een telefooncentrale
4) Installatie
a. Installatiediagram voor een conventioneel systeem
b. Installatiediagram voor een ADS systeem
5) Programmeren installatieparameters
a. Voorbeeld 1
b. Voorbeeld 2
6) Programmeren gebruikersparameters
a. Voorbeeld
7) Gebruik van de telefooninterface
a. Extra functies met het buitenpaneel
b. De “call divert” functie
8) Storingszoeken Technische gegevens
1. Inleiding
Met behulp van de telefooninterface legt u een verbinding tussen uw intercomsysteem en de telefoon. Enerzijds kunt u hierdoor met de telefoon intercomfuncties uitvoeren. Anderzijds kunt u met de intercominstallatie gebruik maken van de telefoonfuncties. Hieronder worden een paar toepassingen genoemd.
- U kunt een telefoonbeantwoorder aansluiten op uw intercom zodat bezoekers aan de deur een boodschap te horen krijgen als u niet thuis bent en een boodschap kunnen opnemen.
- U kunt de intercom doorschakelen naar uw GSM zodat u overal waar uw GSM ontvangst heeft kunt praten met de bezoekers aan uw voordeur. Uiteraard kunt u de intercom ook doorschakelen naar elke vaste telefoon.
- U kunt uw voordeur open maken, overal waar uw GSM ontvangst heeft. Uiteraard kan dit ook met een vaste telefoon.
- U kunt met uw GSM (of vaste telefoon) contact maken met de intercom.
- U kunt met uw GSM (of vaste telefoon) het buitenlicht aanzetten.
2. Beschrijving van de interface
De telefooninterface kan worden geleverd in twee verschillende versies:
- Voor conventionele, zg. 4+N intercom systemen (Ref. 4300)
- Voor ADS systemen (Ref. 1088)
Het maximale aantal dat op de telefooninterface kan worden aangesloten om een goede werking te kunnen garanderen is 4. Dit is hetzelfde aantal als de telefoonmaatschappijen adviseren.
- Groene Led
Deze brandt als het interface in gebruik is en knippert als het telefoonnummer geprogrammeerd wordt
- Gele LED
Deze brandt als het interface in de programmeermode is en knippert als de “divert call” functie is ingesteld
- Rode LED
Deze brandt als de voeding van de interface aanstaat.
- Contacten voor een omschakelschakelaar
Hier kan een schakelaar worden aangesloten om de “divert call” functie te (de)activeren.
- Relaiscontacten
Hier kan een elektrisch apparaat mee worden geschakeld.
- Aansluitcontacten voor de telefoonlijn (LN,LN)
- Aansluitcontacten voor maximaal vier telefoons (TF,TF)
- Aansluitcontacten voor de voedingsspanning
- Paneel-/telefoonvolumeregelaars
- Volumeregelaar wanneer interface werkt
- Aansluitcontacten digitale bus
3. Mogelijke configuraties
De typische configuratie
Alle telefoons kunnen naast de telefoonfunctie ook intercomfuncties uitvoeren
Gemengde configuratie
Sommige telefoons kunnen de intercomfuncties uitvoeren naast de normale telefoonfuncties en sommige kunnen alleen de telefoonfunctie uitvoeren.
Configuratie met de telefooninterface voor een analoge telefooncentrale
De telefooninterface onderschept de telefoonlijn L1. Alle telefoons die door de telefooncentrale zijn doorverbonden met lijn L1 kunnen naast de telefoonfuncties ook de intercomfunctie uitvoeren
Configuratie met de telefooninterface aangesloten op een uitgang van een telefooncentrale
De telefooninterface onderschept de telefoonlijn naar Ext. 2. Daardoor zal alleen deze telefoon naast de telefoonfuncties ook de intercomfuncties bezitten
Opmerkingen:
- De telefooninterface accepteert alleen “toonkeuze”
- Bij gebruik van ISDN of ADSL lijnen moeten filters worden geplaatst.
4. Installatie
Installatie van de telefooninterface (Ref. 4300) in een 4+N conventionele installatie
Installatie van de telefooninterface (Ref. 1088) in een ADS installatie. De interface kan op elke gewenste plaats in de ADS installatie geplaatst worden. De aders (+) (-) en (L) dienen dan op de interface aangesloten te worden
Opmerkingen:
- De telefooninterface is een apparaat net als alle binnenposten en buitenpanelen. Het kan dus in principe overal in het systeem worden geďnstalleerd en aangesloten op de digitale bus.
- De inkomende telefoonlijn en de lijn naar de telefoon(s) of centrale moeten aangesloten worden op de telefooninterface.
- De voeding van de interface moet op het elektriciteitsnet aangesloten worden.
- De interface moet op de bus (+,L,-) aangesloten worden.
5. Programmeren van de installatieparameters
Installatieparameters moeten direct na installatie van de telefooninterface geprogrammeerd worden. Daarna worden ze over het algemeen niet meer gewijzigd. Onderstaande tabel geeft een overzicht van de installatieparameters.
Getal |
Parameter |
Waarde |
Systeem |
0 |
ADS huisnummer
(alleen bij ADS) |
1-199 |
ADS |
2 |
Deuropeningstijd
(alleen bij 4+N) |
1-200 |
4+N |
5 |
Relaistijd
Activeringstijd relais |
1-60 |
Beide |
6 |
Belpatroon
Aantal tonen wanneer er gebeld wordt. |
1-10 |
Beide |
Bij het instellen van de deuropentijd, de relaistijd en het belpatroon geldt onderstaande tabel.
Parameter |
Ingevoerde waarde |
Corresponderende tijd |
Fabriekswaarde |
Deuropeningstijd |
N(1….200) |
Tijd=N/4 seconden |
4 seconden |
Relaistijd |
N(1….60) |
Tijd=N/2 seconden |
2,5 seconden |
Belpatroon |
N(1….10) |
Tijd= N seconden |
1 seconde |
De telefooninterface kan met elke analoge telefoon die op de uitgang van de telefooninterface is aangesloten, worden geprogrammeerd. Om de telefooninterface te programmeren moeten de volgende stappen uitgevoerd worden:
- Neem een telefoon die op de uitgang van de telefooninterface is aangesloten van de haak zodat je een kiestoon hoort.
- Druk op de “#” toets om de telefooninterface in de programmeermode te zetten
Nu moet de gele Led van de telefooninterface gaan branden.
- Druk op de toets met het getal dat correspondeert (zie tabel boven) met de parameter die je wilt programmeren.
- Toets de nieuwe waarde in op de telefoon.
Elke keer dat u een toets van de telefoon indrukt, licht de groene LED even op.
- Druk op de “#” toets om het programmeren te beëindigen.
De gele LED zal nu weer uitgaan. Dit gebeurt ook automatisch als er gedurende 30 seconden geen toets ingedrukt wordt.
Opmerkingen:
- Om te programmeren moet de telefooninterface aangesloten zijn op een telefoonlijn. Door het belpatroon te veranderen kan er een duidelijker onderscheid gemaakt worden tussen een inkomend telefoongesprek en de intercom
Voorbeeld 1: programmeren van de relaistijd
- Pak een telefoon, die is aangesloten op de uitgang van de telefooninterface, van de haak en wacht op de kiestoon.
- Druk op de “#” toets. De gele LED op de telefooninterface gaat nu branden en er is geen kiestoon meer te horen.
- Toets het getal corresponderend met de te programmeren parameter in. In dit geval is dat 2.
- Toets de nieuwe waarde (zie tabel)
- Voor een activeringstijd van 5 seconden toets 20.
- Toets 200 voor een maximale activeringstijd van 50 seconden.
- Druk op de “#” toets om het programmeren te beëindigen.
Voorbeeld 2: programmeren van ADS huisnummer
- Voer stap 1 en 2 uit van het vorige voorbeeld en toets in stap 3 een 0 (getal corresponderend met het ADS huisnummer).
- Toets het gewenste huisnummer. Dit nummer moet corresponderen met het digitale nummer van de ADS installatie. Dit is het nummer van de aansluiting van de beldrukker op de digitaliseereenheid van de ADS installatie.
- Druk op de “#” toets om het programmeren te beëindigen.
6. Programmeren gebruikersparameters
De gebruikersparameters worden over het algemeen het meest gewijzigd om de telefooninterface naar de wensen van de gebruikers in te stellen.
Getal |
Parameters |
Waarde |
Systeem |
3 |
Telefoonnummer “call divert”
Dit is het telefoonnummer dat gebeld wordt als de “call divert” actief is |
Telefoonnummer |
Beide |
7 |
Activering “call divert” |
Nee |
Beide |
8 |
Deactivering “call divert” |
Nee |
| |